Tipsheet
Geven van borstvoeding in het openbaar
- Borsten
- Taboe
- Moeder
- Sociale norm
- Kinderen
- Kind
- Baby
- Voeden
- Openbaar
- Moedermelk
- Borstvoeding
Quote
"We zijn meer gewend aan blote borsten om auto’s en bier te verkopen, dan ze te zien doen waarvoor ze vooral zijn bedoeld."
De feiten
Ruim 80% van de Nederlandse moeders begint met borstvoeding.
De meeste kinderen krijgen gemiddeld slechts één maand borstvoeding, terwijl de aanbeveling van de WHO minimaal zes maanden is.
Borstvoeding wordt weliswaar gezien als beste voeding, maar het geven van een fles is normaal: 42% van de Nederlanders vindt het geven van borstvoeding in het openbaar niet kunnen, terwijl ruim 80% zegt dat baby’s bij voorkeur moedermelk zouden moeten krijgen.
Wat is het probleem?
Ondanks alle aantoonbare positieve effecten van borstvoeding, profiteren maar weinig kinderen (en hun moeders) voldoende lang hiervan. Uit onderzoek blijkt dat de voornaamste redenen waarom vrouwen vroegtijdig stoppen met borstvoeding te maken hebben met onzekerheid over de hoeveelheid en kwaliteit van de moedermelk, terugkeer naar het werk en ‘dat het niet lekker loopt’. Ook komt naar voren dat support in de omgeving van de moeder, zowel direct als verderaf, van belang is voor het welslagen van borstvoeding. Onderzoek toont echter aan dat borstvoeding niet de sociale norm is in onze samenleving. Nog steeds komt het voor dat in horecagelegenheden voedende moeders wordt gevraagd elders hun kind de borst te geven. Al dan niet openlijke kritiek, vervelende opmerkingen, afkeurende blikken of gebrek aan medewerking maken het een stuk lastiger voor moeders om borstvoeding te (blijven) geven.
In onze zakelijke maatschappij waarin ons eten uit de supermarkt komt, voorverpakt in zakjes, pakken en blikken, is borstvoeding opeens weer ‘back to basic’. Het duurt in het algemeen wel even voor een moeder zich voedend in het openbaar op haar gemak voelt. Logisch, ze geeft zich letterlijk bloot als ze haar kind de borst geeft. In restaurants, winkels en zelfs het openbaar vervoer, het helpt als de omgeving daar natuurlijk op reageert. Veel mensen zijn zich dat echter niet bewust en ook niet van de impact van hun gedrag op voedende moeders.
Wie loopt er risico?
Omschrijving:
Het gaat aan de ene kant om vrouwen in deze leeftijdscategorie met hele jonge kinderen, maar eigenlijk om iedereen. Iedereen heeft uiteindelijk wel met borstvoeding te maken als partner, vriend(in), familie, collega, werkgever, zorgverlener of wellicht als toekomstig ouder.
Hoe wordt het erger? Kan het worden voorkomen?
Hoewel de laatste jaren sprake is van een licht stijgende trend in het percentage moeders dat borstvoeding geeft, blijft het geven van de borst in openbare gelegenheden niet gangbaar en zie je zelden een kind aan de borst. Als dit beeld van een kind aan de borst, dat eigenlijk geen woorden behoeft om uit te leggen hoe vanzelfsprekend en natuurlijk borstvoeding is, vaker op het netvlies komt, wordt het vanzelf gewoon en roept het minder negatieve reacties op en dat maakt het voor de moeder weer makkelijk om borstvoeding te (blijven) geven.
Conclusie
Het geven van borstvoeding, ook in openbare ruimte, moet gewoon zijn voor moeder èn omstanders
Hoe vaker men een kind aan de borst ziet, hoe gewoner het wordt
Casus: Je hebt toch ook geen wilde seks op straat?
Quotes afkomstig uit straatinterviews over voeden in het openbaar tbv het magazine BV borstvoeding
‘Ik vind het echt niet normaal. Het is ranzig. Voeden doe je maar thuis. En als je onderweg bent, dan ga je maar ergens op de wc zitten met je baby.’
‘Binnenshuis maakt het me niet uit, maar buiten hoeft van mij niet zo. Het lijkt me voor een vrouw ook niet leuk om zo open en bloot te zitten. Je hebt toch ook geen wilde seks op straat?’
‘Ik neem er geen aanstoot aan als anderen het doen, maar het moet wel discreet en fatsoenlijk gebeuren.’
‘Super okay als een moeder haar kind in een park of op een terras voedt. Ze hoeft wat mij betreft de borst niet te verstoppen. Maar ik hoef het niet te zien als ik zit te eten in een restaurant., dat vind ik minder.’
Onderstaand ervaringsverhaal illustreert hoe in sommige horecagelegenheden wordt gereageerd op vrouwen die hun kind daar de borst willen geven:
Met mijn twee maanden oude zoontje was ik aan het shoppen. Ik was erg moe en ook hongerig, mijn zoontje zou binnen afzienbare tijd ook honger krijgen, dus besloot ik naar Café Noir in Tilburg te gaan. Mijn vriend had ik gebeld en hij zou ook naar dat eetcafé komen zodat we gezellig samen wat konden eten. Toen ik het café binnen was, mijn jas uitgetrokken had en mijn zoontje uit de kinderwagen gehaald had kwam de uitbaatster naar me toe met de vraag of ik van plan was te gaan voeden. Ik antwoordde ''ja'' en de mevrouw zei resoluut ''dàt gebeurt hier niet'' en ze verzocht me weg te gaan. De manier waarop ze het zei was erg vernederend, ze deed en keek alsof ik een besmettelijke ziekte bij me had, of dat ik iets heel ergs van plan was te doen. Ik was zo overrompeld, waarschijnlijk door moeheid en hormonen voelde ik meteen tranen over mijn wangen stromen. Zonder iets terug te zeggen heb ik mijn baby weer in de wagen gelegd en ben meteen weggegaan. Toen ik langs de bar liep hoorde ik haar minachtend tegen de man achter de bar zeggen ''ik zei het toch'', zo van 'ik zei het toch dat ze wilde gaan voeden'. Mijn vriend trof ik op straat toen ik uit het café kwam. We zijn meteen naar huis gegaan.
Dit was mijn tweede ervaring met voeden in het openbaar. Bij café Meesters in Tilburg heb ik de eerste keer gevoed, daar vindt men het geen probleem. Trouwens, niemand heeft er iets van gemerkt want ik voed heel discreet achter een grote shawl, ik wil niet dat anderen er iets van zien. Mijn zoontje is nu vier maanden, ik voed regelmatig in het openbaar maar ben erg op mijn hoede sinds die nare gebeurtenis in Café Noir.
Bron: e-mail van Linda nav vraag om ervaringen op www.voedenkanhier.nl
Meer informatie
Stichting Voedingscentrum Nederland
Eisenhowerlaan 108
2517 KL Den Haag
Telefoon: 070-306 88 93
Informatielijn Voedingscentrum: 070-306 88 88
www.voedenkanhier.nl
Karen van Drongelen
Senior-Projectmanager o.a. van de borstvoedingscampagne
Manon van Eijsden
Kennisspecialist met als aandachtsveld o.a. voeding voor 0 tot 4 jarigen